De kerkorde kent ambtsdragers met een bepaalde opdracht en predikanten met een bijzondere opdracht. Wat is het verschil?
Ambtsdragers met een bepaalde opdracht (ord. 3-8-2) hebben binnen het taakgebied dat hen is toebedeeld een bepaalde focus. Zo kan een ouderling de bepaalde opdracht hebben het missionaire werk te faciliteren. Hij kan dan vrijgesteld worden van andere taken die hij volgens de kerkorde moet verrichten, zoals de ‘herderlijke zorg’ (vgl. ord. 3-10-1). Het is zelfs denkbaar dat bij bepaalde opdrachten het werkterrein van de ambtsdrager vrijwel geheel buiten de kerk ligt. Denk daarbij niet alleen aan missionair, maar ook aan diaconaal werk. Een dergelijke concentratie in werkzaamheden wordt in de wandelgangen ook nog wel eens een bijzondere opdracht genoemd. Dat is het, in ieder geval in kerkordelijke zin, dus niet. Zie voor de ambtsdragers met een bepaalde opdracht ook Bos-Koffeman 2019, 111v.
Predikanten – en ook kerkelijk werkers – kunnen naast een bepaalde opdracht ook een bijzondere opdracht hebben. Heel kort door de bocht is hierbij de vraag: wie betaalt, of nog wat specifieker: wie heeft met hen een overeenkomst gesloten met het oog op dit werk? Als ze hun opdracht verrichten als predikant in dienst van de kerk, meer in het bijzonder van de plaatselijke gemeente, dan gaat het om een bepaalde opdracht. Dat kan bijvoorbeeld het jeugdwerk zijn. Doen ze dat werk in het kader van een dienstverband van een ander dan de Protestantse Kerk, dan gaat het om een bijzondere opdracht. Neem bijvoorbeeld het jeugdwerk. Als de predikant in dienst is van de denkbeeldige Stichting Jeugdwerk, dan zal het in principe om een bijzondere opdracht gaan. Zodra echter de Stichting Jeugdwerk de plaatselijke gemeente een bepaalde gift geeft voor het kerkelijk jeugdwerk en de kerkenraad in het verlengde daarvan de predikant de opdracht geeft het jeugdwerk te verzorgen, dan zal het weer om een bepáálde opdracht gaan. De gevolgen zijn vooral arbeidsrechtelijk. In het geval van de bepaalde opdracht zijn de kerkelijke regelingen van toepassing, in het geval van de bijzondere opdracht is er sprake van een arbeidsovereenkomst (met toepassing van ord. 3-23).