kerk en recht

Huwelijk zegenen of inzegenen?

De kop boven dit artikel suggereert meer dan ik in deze blog behandel. In het kader van het vorige item keek ik nog eens wat beter naar de tekst van ord. 5-3-8: ‘Alleen een naar burgerlijk recht tot stand gekomen huwelijk kan worden ingezegend.’ Bij de laatste grondige kerkordeherziening is de tekst op een enkel onderdeel nog gewijzigd: ‘burgerlijke wet’ werd veranderd in ‘burgerlijk recht’. Daarmee klopt het beter. Maar is de tekst van deze ordinantiebepaling daarmee direct helder? Dat valt te betwijfelen. Ik probeer tot een uitleg te komen aan de hand van een aantal in de juridische wetenschap gebruikelijke manieren om een tekst te lezen.

Tekst

In ord. 5-3-1 staat ‘De inzegening van een huwelijk van man en vrouw als een verbond van liefde en trouw voor Gods aangezicht geschiedt in een kerkdienst.’ Op hetzelfde niveau moet de bepaling uit ord. 5-3-8 gelezen worden. Daar valt te lezen dat alleen ‘een naar burgerlijk recht tot stand gekomen huwelijk kan worden ingezegend.’ Een dergelijk huwelijk kan ook een huwelijk zijn van twee personen van gelijk geslacht. In ordinantie 5-3 staan daarmee twee tegenstrijdige uitgangspunten geformuleerd. Welke van de twee gaat voor?

Context

Dat brengt bij een tweede benadering, die van de context. Staat elders in de ordinantie iets geformuleerd dat in ord. 5-3-8 met huwelijk een huwelijk tussen man en vrouw bedoeld wordt? Het woord ‘huwelijk’ komt in deze ordinantie verder alleen in 5-3-2 en 5-3-4 voor, het woord ‘inzegening’ in 5-3-2, 5-3-3, 5-3-5. Beide geven geen uitsluitsel welke bepaling prevaleert, die van 5-3-1 of 5-3-8. Ord. 5-4 spreekt dan van ‘Andere levensverbintenissen’, zonder nadere aanduiding. Daarmee kan zowel anders dan in ord. 5-3-1 als anders dan in ord. 5-3-8 bedoeld zijn. Dus: zowel anders dan een huwelijk tussen man en vrouw als anders dan een huwelijk zoals het burgerlijke recht dat definieert. Ook dat helpt dus niet.

Geschiedenis

Een volgende aanpak om de tekst te begrijpen is te kijken naar de wetsgeschiedenis, het geheel van het besluitvormingsproces waarin de ordinantie tot stand gekomen is en de eventuele toelichting die daarin gegeven is. Dan wordt al snel duidelijk uit de discussies die met name rond de millenniumwisseling gevoerd zijn (zoek via http://pkn-acta.digibron.nl/) dat ord. 5-3-8 als ondergeschikt aan ord. 5-3-1 gelezen moet worden. In deze ordinantie wordt met huwelijk alleen gedoeld op een huwelijk van man en vrouw.

Doel

Het voorgaande wordt bevestigd als we kijken naar het doel waarmee ord. 5-3-8 in de kerkorde is terecht gekomen. Uit de relatie die gelegd wordt met het burgerlijk recht, zowel het civiel recht als het strafrecht, wordt duidelijk dat met deze bepaling niets gezegd wil worden over de aard van het huwelijk dat wordt ingezegend, maar uitsluitend over de relatie tussen kerkelijk en burgerlijk huwelijk. Daarmee overweegt wat betreft de aard van het huwelijk hetgeen in ord. 5-3-1 gesteld is.

Gezaghebbende schrijvers

Het is eigenlijk al niet meer nodig, de beide voorgaande benaderingen geven op zich voldoende aanwijzingen hoe ord. 5-3-8 moet worden uitgelegd, maar een andere optie is te kijken naar de opinie van gezaghebbende schrijvers. Van den Heuvel 2013 is voor wat betreft de Protestantse kerkorde daarvoor een passend naslagwerk. L.J. Koffeman neemt in dit commentaar zonder discussie aan dat met andere levensverbintenissen (zie boven) onder meer het huwelijk tussen twee mensen van gelijk geslacht bedoeld wordt (p. 209). Een bron als deze hoeft, sterker dan de andere benaderingen, niet zonder meer geaccepteerd te worden. In dit geval spreekt ertegen dat er aan het gesignaleerde tekstuele probleem geen aandacht wordt besteed. Het wordt niet duidelijk op welke gronden de auteur tot deze overtuiging gekomen is.

Tot slot

De tekst van ord. 5-3-8 had zeker aan helderheid gewonnen als aan huwelijk was toegevoegd: ‘van man en vrouw’. Niettemin zijn er verschillende aanwijzingen die elk op zich maar zeker ook met elkaar overtuigend aantonen dat dat in deze bepaling bedoeld is.